9 juli 2024

Waarom is er zoveel weerstand tegen gender?

Hoe komt het dat gender zo’n beladen term is geworden? Waarom is er zoveel weerstand en angst? Dat vraagt filosoof Judith Butler, die dertig jaar geleden al over gender schreef, zich af in hun nieuwe boek ‘Wie is er bang voor gender?’  

Waarom roept ‘gender’ zoveel weerstand op in de wereld? Gender zou niet alleen het traditionele gezin bedreigen, maar ook kinderen schaden en onze beschaving slopen. Dat beweren bijvoorbeeld het Vaticaan, extreemrechtse regeringsleiders en transuitsluitende feministen.

Kijk naar Poetin, Trump, Meloni en Orbán, leiders die ‘gender’ aanwijzen als oorzaak voor alles wat er in hun ogen verkeerd is in de wereld. Wilders, die spreekt over een ‘regenbooglobby’ past ook in dit rijtje. Orbán bijvoorbeeld legt verbindingen tussen nationalisme, ras en gender, schrijft Butler. Hij suggereert dat de toekomst van Europa bedreigd wordt door migranten en een dalend geboortecijfer en dat dit alleen gecorrigeerd kan worden binnen het heteroseksuele gezin. ‘Genderideologie’ moet volgens de Hongaarse premier en de andere leiders uitgeroeid worden. Tegelijk willen ze vaak ook feministische verworvenheden en reproductieve rechten terugdringen.

Terugkeer naar patriarchale orde

Waar komt het misverstaan en de angst voor gender vandaan, vraagt Butler zich af. Waar is de weerstand op gebaseerd? Hoe hebben antigenderideologen de zaak zo kunnen draaien? Butler (1956, non-binair, professor op de Berkeley Universiteit) heeft daarover nagedacht. Hen schreef dertig jaar na diens meer filosofische boeken over gender (Gender Trouble, 1990, en Bodies that matter, 1993) nu opnieuw over gender. Het nieuwe boek heeft een ander doel; het is eerder politiek dan filosofisch, en het is ook toegankelijker dan die andere boeken.

“Wanneer gender wordt opgevat als identiteit die de gebruikelijke binaire grenzen overschrijdt, of die tot stand komt door zelfidentificatie, lopen de gemoederen vaak hoog op”, schrijft Butler. Terwijl, laat hen zien, we in de geschiedenis al lang hebben gezien dat er altijd genders hebben bestaan voorbij de binaire alternatieven. Andere culturen kenden bijvoorbeeld andere genders, maar koloniale machten hebben met veel geweld en de Bijbel in de hand geprobeerd die uit te wissen.

Butler constateert dat de weerstand tegen gender tot rampzalig beleid leidt. Kijk bijvoorbeeld naar de vele wetswijzigingen die in de VS rechten voor trans mensen inperken, terugdringen van de zorg voor trans personen in het Verenigd Koninkrijk, de ban op onderwijs over gender in verschillende landen, het schrappen van genderstudies op Hongaarse universiteiten en in algemene zin de groei van transfobie in de wereld.

Veel mensen die ten strijde trekken tegen ‘genderideologie’ geloven dat ‘gender’ een bedreiging is voor hun manier van leven. Ze denken dat trans personen en hun bondgenoten de biologische realiteit ontkennen en mannen en vrouwen willen uitvlakken. Ze dromen volgens Butler van een terugkeer naar een patriarchale orde waarin ‘een vader vader is, sekse-identiteit nooit verandert, vrouwen – die als vrouw zijn geboren – hun natuurlijke en morele positie binnen het huishouden weer innemen en witte mensen onbetwist raciaal superieur zijn.’

Geleefde realiteit van eigen lichaam

Je kunt een tweedeling onderscheiden in het boek. Enerzijds zijn er analyses van de groepen die gender aanvallen, zoals het Vaticaan en de terfs. Hoe denken zij en waar gaan ze de mist in? En anderzijds zijn er de hoofdstukken die (opnieuw) uit de doeken doen hoe je sekse en gender moet zien. Hoe zijn deze begrippen aan elkaar gerelateerd?

Even een stapje terug. Want in Gender Trouble noemde Butler met name twee aspecten van gender, namelijk dat het een sociaal construct betreft en dat het performatief is. Een sociaal construct dankt zijn betekenis aan afspraken tussen mensen, zoals bijvoorbeeld geld, ras of tijd. En ook dus gender. Ideeën over wat het betekent om mannelijk of vrouwelijk te zijn, of non-binair, zijn sociaal geconstrueerd en verschillen per cultuur en tijd. Dat gender performatief is betekent dat gender niet iets is wat je bent, maar wat je (herhaaldelijk) doet. Performatief gedrag zie je bijvoorbeeld in kleding, uiterlijk, spreekstijl, gedrag en houding.

Het zijn niet twee tegenovergestelde begrippen, legt Butler uit. Hen stelt het beeld dat is blijven hangen na de boeken van dertig jaar geleden enigszins bij. Het is niet zo dat sekse alleen over natuur gaat en gender over cultuur. Dat is een misvatting, betoogt hen. Zo worden bij seksetoewijzing ideeën doorgegeven over hoe je in deze wereld je lichaam moet beleven, schrijft hen. “Zodra een verwijzing naar sekse omgeven wordt door normen en conventies over wat sekse zou moeten zijn, welke grenzen er aan sekse zitten en hoe sekse eruit zou moeten zien, bevindt sekse zich in het proces van genderbepaling.”

Genderidentiteit, schrijft Butler in Wie is er bang voor gender?, “is een diepgevoeld besef van hoe iemand past in het gegenderde geheel der dingen. Het is de geleefde realiteit van het eigen lichaam in de wereld.”

Gender is dan niet slechts een individuele identiteit, maar ook een categorie die over de verdeling van arbeid gaat of de verdeling van macht. Maar het is nooit louter cultureel geweest, stelt Butler. Er zijn niet alleen culturele en sociale factoren, maar ook biologische en psychologische factoren. En interacties tussen deze factoren die een rol spelen in hoe gender wordt ervaren en uitgedrukt.

Er gaat helaas veel mis in het begrip van ‘gender’. Iedereen lijkt te weten wat het inhoudt, maar praten we wel over hetzelfde? Als het in het Engels taalgebied al zo lastig is om tot overeenstemming te komen, hoe is het dan daarbuiten? Voor veel van die niet-Engelssprekende omgevingen is gender een vreemde term, schrijft Butler, ‘een imperialistische indringer’. “Vaak komt verzet tegen gender voort uit nationalisme dat het vreemde buiten de deur wil houden.”

Feminisme lijdt nevenschade

Wie is er bang voor gender? is, denk ik, een heel belangrijk boek. Met dit boek krijg je beter inzicht in de gedachtegang van antigendergroepen en hun motieven en misvattingen. Hoe transgender en lhbtqi-mensen weggezet worden. Is er sprake van een cultuuroorlog of een conservatieve backlash? Ik denk niet dat we ons moeten laten meeslepen, maar beter begrip van wat er gebeurt kan hopelijk helpen argumenten sterker te maken en het tij doen keren.

Bijvoorbeeld als het gaat om transuitsluitende feministen. Butler legt uit waar deze terfs de fout ingaan in hun verzet tegen wat ze noemen: ‘de ideologie van de genderidentiteit’. Ze betwisten de transidentiteit van met name trans vrouwen met het argument dat sekse echt is en gender kunstmatig. Veranderen van gender is volgens hen een vorm van toe-eigening.

Maar dat is precies waar het feminisme op uit is, verandering van gender. Bestudering van die verandering is onderdeel van feminisme, stelt Butler. “Gendercategorieën veranderen in de loop der tijd en het feminisme heeft altijd ingespeeld op de historisch veranderlijke aard van gendercategorieën om verandering te eisen in de manier waarop vrouwen en mannen gedefinieerd en behandeld worden.”

De transfobe terfs zouden zich volgens Butler dan ook helemaal geen feministen mogen noemen. Erger nog: het feministisch project, als je dat zo zou kunnen noemen, lijdt veel nevenschade van de terfs-strijd tegen gender aan de zijde van religieus-conservatieven en rechtsextremisten.

Butler vraagt zich af of, zoals sommige feministen en gendertheoretici opperen, de term gender maar losgelaten moet worden en we zouden moeten leven in een wereld die helemaal geen gendercategorieën kent. Het is ook niet de bedoeling dat we nieuwe gendernormen opleggen, schrijft Butler. “Ik denk dat we moeten streven naar een wereld waarin de vele relaties die er tot sociale belichaming bestaan leefbaarder worden en waarin mensen in het algemeen meer openstaan voor manieren om gender zonder oordeel, angst of haat te kunnen beleven. (…) Aan ons de taak om ervoor te zorgen dat gender weer een belofte gaat inhouden.”

 

Wie is er bang voor gender? Judith Butler (2024)
Vertaald door: Mieke Maassen, Margriet van Heesch en Janne Van Beek
Uitgeverij Ten Have

Tekst: Ton van den Born
Foto: Wikimedia Commons

Credits

Branding & design Cheerleader.studio

Website development Digitmind.nl

Fotografie headers: Tengbehkamara.com